Mbo-ambassadeur Tanja Goossens in gesprek met Helma van der Hoorn

Helma van der Hoorn en Tanja Goossens - Vonk

Tanja Goossens vertegenwoordigd Vonk op 13 mei tijdens het Dit is mbo ambassadeursgala in Apeldoorn. In de aanloop naar het gala had Tanja een ontmoeting met Helma van der Hoorn, voorzitter college van bestuur Vonk. Zij hadden een leuk gesprek over verschillende onderwerpen: van het onderwijs en de opleiding Voeding & Kwaliteit tot en met de toekomstplannen van Tanja.

 

Helma: “Welkom Tanja, leuk je te ontmoeten. Ik ben benieuwd naar je verhaal. Vertel eens, waarom heb jij bijvoorbeeld voor de opleiding Voeding en kwaliteit gekozen?”

Tanja: “Een opleiding kiezen in coronatijd was moeilijk. Je kon nergens echt gaan kijken en de sfeer proeven. Ik koos in eerste instantie voor verpleegkundige en heb dat een jaar gedaan maar ik werd er niet gelukkig van. De theorie was leuk, maar werken met mensen paste minder goed bij mij. Ik ben me daarom opnieuw gaan oriënteren en kwam bij Voeding uit. Meteen ingeschreven; dit was precies wat ik zocht. Als kind was ik al veel met eten bezig. Diëten ontdekken en bezig zijn met het hoe en waarom van voeding. Ik zit nu in het tweede jaar en vind het laboratoriumgedeelte van de opleiding geweldig. Ik heb een passie voor ingrediënten van producten en ben continu bezig met de kwaliteit en het verbeteren daarvan.”

Helma: “De voedingsmarkt is heel erg in ontwikkeling. Logisch want goede voeding is van levensbelang en we moeten als maatschappij ook echt aan de bak om ook in de toekomst verzekerd te zijn van goede voeding. Niet in de laatste plaats in het kader van duurzaamheid.”

Tanja: “Het is allemaal een kwestie van de goede balans vinden. Zelf ben ik niet vega, maar ik ben met oog op het klimaat wél een voorstander van het verminderen van de vleesconsumptie. De vraag hoe ik daaraan kan bijdragen is dan ook heel belangrijk voor me.”

Helma: “Jij weet echt al heel goed wat je wilt. Geweldig om jou zo met passie te horen vertellen. Je hebt duidelijk plezier in je opleiding. Zijn er dingen die wij als Vonk kunnen verbeteren?”

Tanja: “Het mbo is fantastisch, maar soms ook niet. Tijdens mijn laatste blokstage (40 uur per week) stond ik ’s ochtends om 4 uur op en begon mijn werkdag om 6 uur. Daarnaast had ik nog een bijbaan en mijn gewone huiswerk dus ik draaide weken van ruim 60 uur. Dat is behoorlijk zwaar. Veel studenten haken af en raken de motivatie kwijt. Voor mij gold dat gelukkig niet omdat ik een geweldig leuke stageplek had. Ik kreeg een stagevergoeding, maar veel anderen niet en ik vind echt dat daar wat aan gedaan moet worden.”

Helma: “Daar heb je zeker een punt en dat is een onderwerp waarover we in gesprek moeten met bedrijven. Wie ben jij trouwens als ambassadeur. Wat draag je uit? Wat is jouw boodschap aan de wereld?”

Tanja: “Mbo moet niet beschouwd worden als laag opgeleid. Ik vind dat echt heel pijnlijk en het is bovendien niet waar! Op het mbo moet je juist trots zijn. Ik heb gekozen voor mbo in plaats van hbo omdat ik ‘klaar wilde zijn voor het leven’. Ik wil hierna écht aan de slag kunnen. De theorie leer je er heel goed maar je kan verder helemaal niks. Ik wil gewoon aan het werk kunnen en dan later hbo doen. Ik zou iedereen willen aanraden om eerst mbo te doen en daarna voor extra kennis en verdieping een hbo-opleiding te volgen. Dus niet eerst de kennis en daarna pas de praktijk, maar juist andersom.”

Helma: “Absoluut, vakmensen zijn het. Stuk voor stuk! Een hele bewuste keuze en je hebt helemaal gelijk. De mbo-weg is vaak een beteren keuze.”

Tanja: “Precies en dat wil ik ook uitdragen naar bedrijven. Probleem is dat we regelmatig voor stageplekken worden afgewezen omdat bedrijven liever een hbo-stagiair kiezen. En die mening is nergens op gebaseerd. Ik wil de voordelen van het mbo ook uitdragen naar het voortgezet onderwijs (havo en vwo). Die scholen organiseren informatiemarkten maar nodigen dan alleen maar hoger vervolgonderwijs uit. Ze gaan volledig voorbij aan het mbo. Het hbo wordt van alle kanten gestimuleerd, maar aan mbo wordt voorbijgaan. Onze naamsbekendheid onder havisten moet groter worden.”

Helma: “Ik snap helemaal wat je bedoelt. Mijn dochter zat op het vwo. Dat is uiteindelijk niet gelukt en ze is toen overgestapt naar het mbo. Ze werd uitgelachen door klasgenoten en feitelijk als mislukking beschouwd. Mbo was gewoon ‘not done’. Ze moest echt een drempel over om te kunnen accepteren dat het mbo ook gewoon prima is. En daarbij zijn het vooral de leeftijdsgenoten onderling die een waardeoordeel hebben.”

Tanja. “Vergeet trouwens de ouders en de media niet.”

Helma. “En dat terwijl we meer mbo’ers dan hbo’ers hebben in de maatschappij. Raar eigenlijk; zonder mbo’ers zou de samenleving compleet vastlopen. Ik vind het geweldig dat jij wilt bijdragen aan een beter mbo-imago.”

Tanja: “Op 13 mei is het ambassadeursgala. Ik zit in team Noord en we hebben de opdracht gekregen om gedurende 1 minuut te pitchen welke verbeteringen wij zien voor het mbo. Ons idee is om naar de havo’s te gaan om in gesprek te komen met havisten. Ook als we de pitch niet winnen hopen we hiermee een punt te maken.”

Helma: “Het idee ligt voor de hand. Goed idee om de boer op te gaan. Veel havisten hebben geen idee wat ze willen terwijl we in het mbo zoveel leuke beroepen hebben. We moeten als Vonk zelf ook naar de scholen toe. Misschien ook markten organiseren waarbij álle onderwijssoorten aan bod komen.”

Tanja: “Ik heb vrienden die naar het hbo gegaan zijn maar er niet gelukkig van worden. Ze hebben het erover om ‘af te zakken’ naar het mbo. En daar begint het al mee. Hoezo afzakken, dat klinkt zo negatief. Het mbo is niet minder, maar gewoon een andere manier om ergens te komen.”

Helma: “Daar ben ik het helemaal mee eens; het mbo is gewoon één van de routes naar een mooie toekomst. Ik ben zelf ook ooit met mbo-3 opleiding begonnen. Ik weet uit ervaring dat je in het leven net zover kunt opklimmen als je wilt, alles ligt open. Uiteindelijk heb ik een universitaire opleiding gevolgd en die op mijn veertigste afgerond. Ik ben geworden wie ik ben, juist omdat ik die mbo-opleiding  heb gedaan en als 18-jarige ben gaan werken in de praktijk. Dat heeft bij mij gezorgd voor een heel veelzijdige blik op de maatschappij. Sterker nog, ik denk niet dat ik op deze stoel zou zijn beland als ik destijds meteen naar de universiteit was gegaan!

Jij hebt trouwens inmiddels al behoorlijk wat praktijkervaring opgedaan. Wat voor baan zoek je na je opleiding?”

Tanja: “Ik wil laborant worden. Producten controleren en waar nodig verbeteren. Laboranten zijn hard nodig. Uiteindelijk wil ik meewerken aan een duurzame en betere wereld. Daar heb ik trouwens nog wel hbo voor nodig maar die studie kan ik in deeltijd volgen.”

Helma: “Mooi verhaal Tanja. Zorg ervoor dat je naast je studie ook nog tijd overhoudt voor andere dingen. Ik wens je heel veel succes!”